1. Grondige reiniging
Voordat je je winterkleren opbergt, reinig je ze nog eens grondig. Was je kleding om vlekken, zweetresten en eventuele geurtjes te verwijderen. Zo voorkom je dat vlekken zich vastzetten en dat geurtjes blijven hangen tijdens de opslagperiode. Bovendien zorg je ervoor dat motten je kleding met rust laten.
2. Lavendelzakjes for the win
Wat je nog meer kan doen om motten op afstand te houden? Lavendelzakjes tussen je kleren stoppen! Handig én fris!
3. Correct opbergen
Verschillende kledingstukken vragen om een verschillende aanpak. Sweaters plooi je netjes op, jurkjes hang je beter op een kleerhanger.
4. Zakken leegmaken
In de zakken van je kledingstukken kan je de gekste dingen tegenkomen. Denk aan munten, lippenbalsem of zelfs oude kauwgum; allemaal items die afdrukken, verkleuringen en vlekken kunnen veroorzaken. Haal ze daarom leeg voordat je je kleding opruimt.
5. Geen plastiek of karton
Bewaar je kleding niet in plastic of kartonnen dozen als je deze gedurende een langere periode wegzet. Je kleding kan een geurtje krijgen en zelfs vergelen. Kies voor een verpakking die ademt zoals katoen of linnen.
6. Labelen & categoriseren
Organiseer je verzamelde stuks door ze te labelen en je winterkleding te categoriseren op type (zoals truien, jassen, sjaals). Dat maakt het gemakkelijker om specifieke items te vinden wanneer je ze nodig hebt.
7. Goede opbergplek
Bewaar je winterkleding op een plaats waar ze beschermd zijn tegen direct zonlicht. Langdurige blootstelling aan zonlicht kan stoffen doen vervagen en beschadigen. Kies een droge, stofvrije en donkere opslagruimte voor optimale bescherming. Je kelder is enkel een goede plek als deze te allen tijde droog is.